Met een tas vol thermisch ondergoed en een door mijn moeder gebreide borstrok vertrek ik naar Schotland. Van verschillende kanten krijg ik te horen dat ik niet goed bij mijn hoofd ben. Wie gaat er nu putje winter naar het noorden van Schotland. Geselende ijsregen, stormwind en natte sneeuw zal me te deel vallen. Een van mijn trouwe wandelaars weigert pertinent mee te gaan vanwege de sombere voorspellingen. Hij weet zeker: Het wordt afzien.
Nu stap ik hier al voor de derde dag op rij in de stralende zon door het adembenemend landschap. Er was een uur regen en ik had ook een dag mijn muts op en mijn handschoenen aan maar vanmiddag doe ik de jas open en de das terug in mijn rugzak. Elke dag draaien we buiten onze thermos open en zetten we ons neer om de meegebrachte boterhammen te eten. We hebben de zee aan onze voeten hoog bovenop een klif. De zeemeeuwen onder ons krijsen en op een rots zit een dikke vette Aalscholver.
Er moet behoorlijk geklommen en gedaald om ons einddoel, de vuurtoren van Lossymouth te bereiken. Het kustpad staat goed aangeven, er kan niks misgaan. Nou ja behalve dat een van ons in een enorme hondendrol stapt net voor we opgehaald worden door de charmante taxichauffeur.
Morgen naar huis, ondanks dat we allemaal het idee hebben dat we al een tijd van huis weg zijn, heeft iedereen nog zin om er een extra dagje aan vast te plakken. Het zijn harmonieuze dagen. Ruimte, aandacht en compassie voor elkaar. Als het aan ons zou liggen zou de wereld er echt anders uitzien concluderen we tevreden.
De klimaatverandering is om te huilen natuurlijk maar hier in het hoge Noorden wenden de mensen zich behaaglijk naar de zon en laat ik mijn met fleece gevoerde legging in de koffer zitten. Mijn bril laat een wit streepje achter op de neus.