Maandelijks archief: januari 2014

Vliegangst

Ik stel me voor hoe ik mijn armen spreid en van buiten naar binnen mijn lievelingsloopje speel. De toetsen beroer, de aanslag een beetje aan laat zwellen waardoor ik elke keer als ik speel weer vrolijk word.

Ik hang als een soort opgewonden hangjongere rond bij de twee kleine vleugels die in de ruimte vol instrumenten gepropt staan. Als de deur een tijdje openstaat vat ik mijn moed bij elkaar en maak een praatje met de musicus.

Zonder aarzeling stromen de woorden, ik buig me een beetje naar hem toe.


Bluf

Alsof ik nooit anders doe zit ik op de ruig behaarde IJslander. Mijn voeten stevig in de beugels, teugels laag. Vinnig stapt het beest voort, mijn cap zakt bij elke driftige stap een beetje verder voor mijn ogen. Ik weet dat ik bijna licht geeft zo zit ik te stralen op mijn paardje. Ik kwijl nog net niet van pure pret en geluk maar veel scheelt het niet.

Af en toe ontsnapt mij een giechel van opwinding en angst. Dan adem ik diep in en grom een beetje bij het uitademen. Aarden is de mantra, kalm blijven het devies. Voor me de kont van groot en lelijk die een gracieuze dans opvoert die de anderen niet kennen, achter me de chocolade bruine die nerveuze stapjes neemt.

Vooruit, vooruit straalt de mijne met de oren fier naar boven. Het paard en ik een illusie van dappere onverschrokkenheid en zen. We geloven erin tot we terug bij de stal zijn en ik me alleen nog maar kreunend van zijn rug kan laten glijden. Mijn dijen branden, mijn voeten ijzig van de kou zou ik het liefst net als het paard van top tot teen zachtjes geaaid en gesust willen worden. Een appeltje en wortel neem ik dan gerust voor lief.


Bij de tijd

De auto is klein, azuurblauw en heeft de contouren van een kindertekening. Wanhopig zoekt mijn rechter voet naar een pedaal om in te drukken. Ik zit voorovergebogen en tuur met een bang hart door de vooruit. Tot nu toe lukt het om alle obstakels te ontwijken. Rond me wordt er luid getoeterd.

Er is een passagier, geen idee wie. Sneller en sneller gaan we. Je kijkt niet goed zegt de man naast me. Hier zit een klein knopje Hij wijst naast het stuur op het dashboard. Daar zie ik een klein wit rubber knopje. Het heeft een zwarte rand van het vele gebruik. Je moet er aan draaien instrueert hij.

Met zijn vinger aan de knop laat hij zien hoe het werkt. Hoe sneller je draait hoe harder je remt.

Bij het ontwaken kan de droomanalyse van Freud dicht blijven, ik weet zelf wel hoe laat het is.


Dilemma

IMG_6292
Het water net iets te heet kleurt mijn vel rood. Door de stoom zie ik enkel nog de contouren van de lelijke badkamerkasten. Mijn hoofd buigt onder de ferme straal, ik zucht van genot. Lui en onbeweeglijk sta ik mijn tijd te verdoen.

Het scheermes, gloednieuw, vlijmscherp, blauw, ligt op de rand van de badkuip te wachten. Ik probeer in te schatten hoe waarschijnlijk het is dat iemand anders dan ikzelf mijn ontblote lijf zal aanschouwen. Ik schuif de beslissing voor me uit door eerst met het inzepen te beginnen. Het badschuim met oranjebloesemgeur maakt trage cirkels.

Met glanzend gelakte nagels, zijdezacht vel en geurend naar donkere duistere warme nacht stap ik uiteindelijk de deur uit. Ik ben sterker dan mijzelf.


Wildplanters

Met een spa maken we diepe voren in de grond. Met onze handen breken we de enorme klompen sneeuwklokjes in stukken. We wroeten en duwen net zo lang tot ze fier rechtop het spoor van het pad naar haar graf nog eens extra oplichten. De bolletjes die we jaren eerder in de grond stopten laten net nog maar hun neus tussen het gras zien. De nieuwe klokjes wiegen met hun witte knopen feestelijk heen en weer in de wind

Elke keer als ik aan haar graf sta voel ik weer de wanhoop van het moment van in de grond verdwijnen, het onherroepelijke afscheid, nooit meer terugzien. Te groot om te bevatten in elk geval. Hoe ik kletsnat van de striemende regen besloot niet te breken.

Dapper sta ik nog steeds rechtop en vier het leven.


Zonder

Ik wens mij dat ik net zo goed zondermondharmonica kan spelen dan de jonge man die op een paar meter afstand zijn longen uit zijn lijf staat te blazen op zijn handen. De overgave waarmee hij voor zijn denkbeeldige solo voorover klapt, hoe hij rollend met zijn heupen door zijn knieën wiegt. Hij blaast me van mijn sokken.

Zijn hele lijf vol zinnelijk genot van de overgave van de juistheid van zijn bewegingen. Ik zie hem zonder zijn behindering, stralend, schoon, aantrekkelijk en zo levendig dat ik onder zijn vel het bloed vurig rood zie razen.


Eerste Sneeuw

Het haardvuur brandt, in voel hoe de gloed mijn rug verwarmt. Er zijn muzikanten, een glas, verjaardag. Geroezemoes, muziek en warmte vullen de knusse ruimte. Ik wiebel heen en weer op de maat van de muziek en laat mijn jurk zwieren.

Als er, bijna middernacht, een bericht in mijn telefoon verschijnt weet ik dat het geen goed nieuws kan zijn. Weg van het lawaai stap ik de tuin in, Daar sta ik in de winterkou te beven. Sprakeloos hoor ik aan terwijl de puzzelstukjes langzaam in elkaar vallen.

Als ik na tien minuten de drempel weer over stap vind ik daar een andere wereld. Alsof ik onder een glazen stolp, versteend, in een andere tijd, een vorig moment, branden er tranen in mijn ogen, warmer dan het vuur in de kachel.

De muzikanten zetten in, fluisterend komen de draden mij omwikkelen. Ik laat me dragen op de klank. De warmte van het vuur en de zacht gezongen woorden waarvan ik de draagwijdte niet kan bevatten nemen me mee terug naar mij


Draf

Met twee handen hou ik me vast aan het zadel, we gaan hard en ik zit hoog. Ik lijk in niks op de lichtvoetige ruiter die ik daarnet nog zag rijden. Als een zak patatten schud ik door elkaar. Sta, zit, sta, zit. Ik doe mijn uiterste best, ik weet zeker dat het puntje van mijn tong van spanning langs mijn lip krult. Als we overgaan in stap juich ik van plezier, nog een keer!

Op het pad voor de schuur teken ik een liggende acht. Ze laat me stappen, hinkelen, en uiteindelijk mag ik een acht met mijn billen maken. Je mag nu het paard met je handen poetsen, je vingers zijn de borstels, we gaan de acht op het paard maken. Ik kijk naar de lichtbruine IJslander die net lekker door het natte zand heeft liggen rollen. Ik wil niet flauw doen dus doe ik braaf wat me opgedragen wordt. Nu met je ellenbogen en met je neus Ik kijk in haar twinkelende ogen. Die heeft me goed liggen denk ik terwijl ik mijn neus in de bruine vacht steek. Ik geef geen krimp als ik de opdracht krijg de acht met mijn voorhoofd in de flank van een stinkende, zanderige pony te maken.

De lach komt van diep en van ver, ergens uit het centrum van de acht denk ik. Slap van het lachen kijken we mekaar aan, nog een keer!

Wat een topdag.


Stout

IMG_0125
Ik weet mijn koele zwarte onderjurk, de gladde kousen verborgen onder mijn warme winterrok. Ik voel hoe de wollen stof mijn billen raakt, een zacht streling.
De jurk, de onderjurk en kousen, verder niks.

mijn laarsjes tikken vrolijk, met één voet op de onderste sport zeg ik: Hou je de ladder even vast.


Waar de wind waait

De lucht trilt van de hitte, ik zit in mijn naakje op de berg in Zuid Spanje. Mijn benen bungelen in het water van een amateuristisch gegraven zwembad. Tegenover me zitten twee kikkers lodderig op het hete beton. Als ik spet laten ze zich verschrikt in het water plonzen. De schaduw van de bomen brengt nauwelijks verkoeling en ik voel de zweetdruppels van onder mijn borsten naar beneden rollen.

De enige waarneembare beweging zit in het omslaan van de bladzijden van het boek dat ik lees. Bleek en hard is het licht, granaatappels opengebarsten in de bomen, de bruine hond naast me hijgt zo oppervlakkig mogelijk. Roerloos het hoge gras dat me omringt. Af en toe neem ik een slokje water uit de fles, het is lauw.

Uit het niets waait de wind, ik hoor hem eerder dan dat ik hem kan voelen. Een vaag ver ruisen dat luider en luider op me toe komt. Het gras slaat plat, de hond spits zijn oren, de kikkers verdwijnen met een reuzensprong in het heldere water. Ik hoor mezelf zeggen: Yvonne gaat dood.

Twee weken later sta ik aan haar bed en hoor stom het verhaal van hoe ze zal sterven. Binnen in mij de wind van ver uit het niets.