Maandelijks archief: september 2011

Verdwaalspecialist

Mijn specalisme in verdwalen! Ze staan in een kring en kijken me verwachtingsvol aan. Als je met mij door de bossen trekt doe je geen vreemde dingen met touwen of stukken hout: Wij verdwalen. Dat is pas echt spannend. De rest loopt langs de gebaande paden maar wij trekken de woeste wildernis in. De 20 pubers die bepakt en gezakt met hun rugzak staan te wachten moeten lachen. Ze denken dat ik een grapje maak. Ik kan niet kaartlezen, ik hoop jullie wel. Met die woorden geef ik ze de kaart.
De eerste kilometers gaan goed. Na het middageten gaat het mis. Ik heb geen idee waar we zijn. Ze geloven het niet. Pas als we dwars door het land lopen, over prikkeldraad moeten klimmen en drie keer het zelfde kruispunt passeren begint het te dagen.
Ik denk dat we daar naar toe moeten zeg ik en wijs met een slap handje ergens naar rechts. Allen daarheen.!Na een kwartier springen we over een sloot en belanden we op een fietspad. Wat een geluk, er komt een fietster aan. Hij wijst ons de weg. Precies de andere kant op dan ik dacht.
Joepie, nu lopen we in elk geval weer in de goeie richting. Om dat heugelijke feit te vieren haal ik een zak nootjes uit mijn rugzak. De pubers blijven er vrolijk onder want wij zijn stoer en echte avonturiers.
Uren later dan de andere groepen komen we op de overnachtingsplek aan. Wij deden geen nep-rivieren oversteken of slingeren met een touw aan een boom. Wij waren verdwaald!


bevrijding

Stap voor stap wis ik mijn sporen. Ze belanden bij het oud papier of in de virtuele prullebak. Ooit leken het belangrijke boodschappen of onmisbare gegevens. Nu doe ik er fluitend afstand van. Zoveel doet het er niet toe uiteindelijk.  Ik werk niet meer bij Omroep Zeeland dat is gek maar ook een bevrijding.

Straks ga ik piano leren spelen, mijn kleinkind, nu nog in de buik, koesteren, een boek schrijven, dansen in de regen, met pubers door de bossen rennen, mooie documentaires maken, mijn vriendinnen zoenen, wandelen met Leo, op nachtexpeditie met Frank, ‘de zaak’ opzetten, oranje vloerbedekking leggen, uren in bad liggen en midden op de dag een dutje doen.


Gedaan

 

Onwerkelijk is het idee dat ik niet meer opgewonden heen en weer hoef te rennen om een deadline te halen.


Zegt ze

Dat ik na lange tijd nog steeds mijn neus in je nek wil steken en zachtjes ruiken, ongeduldig je kleren wil uittrekken en met mijn vinger in het donker de contouren van je lijf zou kunnen volgen maakt me ongelofelijk blij.


In de Heere

Mocht ik ooit het licht zien……………..


Woorden

Neuken, neuken, mijn collega roept het steeds harder. Zelf lig ik in een vreemde kronkel met gebalde vuisten op de grond. Een ander maakt dierlijke gromgeluiden en trekt zijn bovenlip op. Erbij knippen we met onze vingers een opgewekt ritme. Het publiek kijkt welwillend toe. Ergens diep in mijn buik voel ik een lach opkomen. Ik geef niet toe en worstel me rechtop. Met een denkbeeldige glazenwand tussen ons in voeren mijn compaan en ik de paringsdans op. Het ritmisch knippen gaat door. Rampetampen brult de collega die daarnet nog “neuken” riep. Als één man draaien we ons alle zes om en schreeuwen het uit richting publiek.
Dat is nogal een deftige opleidingen die ik krijg!


Echte leven

Terwijl ik helemaal opgeslokt wordt door werk en verplichtingen droom ik van het echte leven. Daar zwem ik in een koel meer, wandel ik over een bergrug op 2000 meter hoogte en slaap ik in het holletje van je armen, wacht ik op een hek op de hond die wegliep, dans ik op blote voeten, voer ik nachtelijke gesprekken zonder op de klok te kijken, trek ik al mijn kleren uit en spring in de lichtgevende zee. Vol verlangen wacht ik.


Overleven

De geur van schone lakens, het licht van de maan en de schoorstenen die donker afsteken tegen de nachtlucht. In de verte de rooie lichtjes van de windmolens, het geluid van de sirenes en de auto’s die voorbijrazend. De buitenwereld als decor voor mijn dromen.


Pech, pech, pech

Het werd vandaag niet beter, in tegendeel. Al weken heb ik last van zeurende kiespijn. Vanmiddag mocht ik naar de tandarts. De verstandskies, luidde zijn conclusie. Om te controleren of het werkelijk om mijn wijsheidstand ging gaf ie er een flinke tik op met een of ander instrument. Ik veerde op van pijn. Juist! Die is het!
De kies moest eruit. Geen probleem, die trek ik zo, knikte mijn tandarts, die weet dat ik als een angsthaas in zijn stoel zit. De spuit ging erin, ik kneep stevig in de leuning. Het deed gemeen zeer.
Na een minuut of tien lag de tang in de hand van de tandarts. Zeg maar wanneer het pijn doet.
Op het moment dat ie de tang stevig dicht deed begon ik al te piepen.
Ik geef je nog wat extra verdoving, en hup daar kwam de spuit weer.
Zo ging het nog twee keer, toen werd er een foto gemaakt. De kies stond kaarsrecht in mijn mond, dat kon het probleem niet zijn. Onder de tand zat een fikse ontsteking. Daardoor werkte de verdoving niet. Toch moest de kies eruit volgens de tandarts want op de foto stond ook een reusachtig gat. Nog één keer kreeg ik een shot verdoving.
De tandarts stroopte zijn mouwen op en begon te trekken. Ik voelde nu inderdaad geen pijn meer maar de kies stond muurvast. Geen beweging in te krijgen. Zweetdruppels verschenen op het hoofd van mijn tandarts. Ik kneep mijn ogen stijf dicht. Een enorm gekraak klonk ik mijn hoofd. Een groot stuk kies vloog door de praktijk. De asisstente moest het op haar knieën zoeken. Nu kon de tandarts geen grip meer krijgen op mijn kies. Met de boor werden er groeven ingeboord waardoor ie mijn tand weer vast kon houden.
Nog steed wilde de tand niet uit mijn mond. Hoe hard er ook gewrikt en getrokken werd. Zo langzamerhand werd ik toch een beetje zenuwachtig. Met een hand hield de tandarts mijn kaak vast en met de andere wrikte hij in mijn mond. Uiteindelijk gaf de kies zich gewonnen. De tandarts was denk ik net zo opgelucht als ik.
Nu lijkt het alsof mijn hoofd tussen een bankschroef zat en klopt mijn kaak gevaarlijk. Eten gaat niet want ik kan mijn mond niet open doen. Lauwe thee met kleine slokjes, en met een kruik aan mijn voeten wacht ik op betere tijden.


Pech

Fototoestel kapot, het gevoel alsof ik met een olifant worstelde, leven uit mijn koffer en enkel een te dun shirt erin vinden, géén chocolade meer in huis en toch mijn regels hebben, goesting maar geen tijd vinden, zeurende kiespijn. Morgen wordt het beter!